De eerste speelfilm van de Palestijns-Israëlische regisseur Maysaloun Hamoud is een ware eyeopener. Zij portretteert Palestijnse vrouwen niet als dociele en aan de man onderworpen wezens, maar juist als sterke, seksueel actieve en vooral onafhankelijke personen. Deze Palestijnse variant van Sex and the City werd internationaal heel goed ontvangen, getuige de vele prijzen die de film kreeg.
De kettingrokende en aantrekkelijke Laila, overdag advocate en ’s nachts een feestbeest, deelt in Tel Aviv een appartement met haar gay vriendin Salma, die de kost verdient als barkeeper en dj. Er is nog een kamer over en die wordt vergeven aan Nour, een hoofddoekdragend moslimmeisje dat IT-wetenschappen studeert. Al snel ontpopt zij zich als een even vrijgevochten geest. Hun leefstijl ontmoet de nodige weerstand, vooral van potentiële liefdespartners.
De kracht van de film is dat Hamoud de voor de hand liggende paden weet te vermijden, en in de plaats daarvan samen met haar personages onderzoekt welke mogelijkheden er zijn om te ontsnappen aan de beperkingen en vooroordelen van de conservatieve, religieuze samenleving waarin ze zijn opgegroeid.