Esther Rots heeft in haar speeldebuut Kan door huid heen een doordringend psychologisch portret neergezet. Met verbluffende snelheid en zelfverzekerdheid weet ze de kijker te installeren in het hoofd van de hoofdpersoon. Je kijkt en voelt zó mee met haar dat je je als het ware met haar vereenzelvigt. Alles draait om de vraag of je nare levens- ervaringen achter je kunt laten door huis en haard te verlaten en elders een nieuwe start te maken.
Marieke, gespeeld door Rika Lodeizen, denkt van wel. Haar onbezorgde leven in de grote stad wordt wreed verstoord doordat haar vriend het uitmaakt en ze in haar eigen huis wordt aangerand. Vanuit het niets verandert ze van een ‘gewoon mens’ in een slachtoffer.
Om de angstgevoelens achter zich te laten besluit ze haar intrek te nemen in een vervallen huisje op het Zeeuwse platteland. Ze begint met het opknappen van het huis en probeert als mens te groeien. De eenzaamheid en de kou versterken haar angst- en wraakgevoelens echter allen maar. De zomer lijkt redding te brengen, zeker als Marieke opnieuw verliefd wordt. Het blijkt echter schijn te zijn en langzaam maar zeker verliest ze de greep op haar leven.
Esther Rots bewees eerder al met haar voor het filmfestival van Cannes geselecteerde korte films Speel met me en Ik ontspruit een groot visueel talent te hebben. Bij haar is een film meer dan een verhaal. Ze hanteert een eigen intuïtieve taal, waarin een belangrijke rol is weggelegd voor de zintuigen, de natuur, de seizoenen en ogenschijnlijk onbelangrijke details. Hierdoor word je als kijker getuige van de opleving en het verval van Marieke in een decor van veranderende jaargetijden en het eindeloze werk aan haar huis. Op de filmfestivals van Berlijn en Rotterdam maakte Kan door huid heen veel indruk