Zonnebloemen richten hun bloemkop altijd naar de zon en kunnen alleen groeien door met de stand van dit hemellichaam mee te bewegen, waardoor ze vaak als symbool gebruikt worden voor ‘het licht’. Maar wat is deze symboliek nog waard als de nacht aanbreekt?
Regisseur en scenarioschrijver Jorge Sánchez-Cabezudo geeft zijn speelfilmdebuut de vorm van een zesluik, dat vanuit een wisselend perspectief langzaam maar zeker de gruwelijke feiten blootgeeft.
Is het de vondst van een grot die alles in gang zet? Of is het de griezelige stofzuiger-verkoper, die nooit zijn gezicht in het dorp had moeten laten zien?
In een zonnebloemenveld is een meisje verkracht en vermoord, dat is zeker. En in een klein dorp in een achtergebleven regio van Spanje ontsnapt een andere vrouw ternauwernood aan hetzelfde lot. Vervolgens vindt er een misplaatste wraakactie plaats, en een onhandige poging tot het verdonkeremanen van de gevolgen.
Het is geen fraaie wereld die Sánchez-Cabezudo laat zien. Ondanks de mooie landschappen is het Spaanse platteland eerder spookachtig dan idyllisch. Op achteraf weggetjes loert gevaar, politiemensen zijn corrupt en in een uitgestorven dorp staan de laatste twee bewoners elkaar naar het leven. Het is knap hoe de regisseur de spanning langzaam opbouwt, terwijl de dader van de verkrachtingen van meet af aan bekend is.
La noche de los girasoles gaat dan ook niet over de zoektocht naar een schuldige, niet over straf en vergelding, maar over de rimpelingen die een geweldsdaad kan veroorzaken binnen een kleine gemeenschap, uitmondend in een keten van malversaties.