Australia van Baz Luhrman – het eerste deel van een beoogde trilogie – is een film die uitersten in zich verenigt. En dan niet alleen omdat het ruwe Australische landschap zo wonderlijk versmelt met Luhrmanns hyperrealistische ansichtkaartenstijl. Maar vooral om het feit dat je twee films krijgt voor de prijs van één. Wat begint als een epische western met komische trekjes, eindigt als een familievariant op de film Pearl Harbour.
Sarah Ashley (Nicole Kidman) komt naar het Australische stadje Darwin om haar veefokkende echtgenoot op ontrouw te betrappen. In plaats daarvan treft ze hem dood aan en ze besluit zijn levenswerk te voltooien: de boerderij moet worden opgelapt en het monopolie van veemagnaat King Carney doorbroken. Sarah krijgt steun van het schattige aboriginal weesje Nullah en de stoere veedrijver Drover, met wie ze steeds meer een alternatief gezin gaat vormen.
Met Romeo en Juliet (1996) maakte regisseur Luhrmann een even authentieke als hippe Shakespeare voor de MTV-generatie. Moulin Rouge (2001) betekende de spectaculaire wederopstanding van de musical.
Australia lijkt allerlei componenten van allerlei filmgenres in zich te bergen: de held wordt geïntroduceerd met een extreme close up van zijn ogen, wanneer een kudde koeien de rivier oversteekt, klinkt op de soundtrack triomfantelijk kopergeschal en een kus bij zonsondergang lijkt wel een scène uit Gone With the Wind. En dat is nog maar één van de vele klassiekers die voortdurend door Australia spoken.
Australia is daarnaast ook nog eens een musical. Elke crisissituatie wordt bezworen met een liedje: de ene keer Somewhere over the Rainbow, de andere keer een traditioneel aboriginalwijsje of, natuurlijk, een mengsel van beide.