Deze realistische film gaat over een ogenschijnlijk onbenullige zaak, namelijk het gevecht om het behoud van een aantal citroenbomen in het land Israël. Het is een dodelijke combinatie: Palestijnse citroenen en de Israëlische politiek. Dat kunnen we leren van het subtiele drama Lemon Tree dat zich afspeelt tegen de achtergrond van de Israëlische en Palestijnse kwestie. Veiligheid gaat voor alles en de angst regeert.
Sinds de dood van haar man leeft de Palestijnse Salma van de bescheiden opbrengsten van haar citroenbomen. Wanneer de Israëlische minister van Defensie en zijn echtgenote haar buren worden, eisen de Israëlische geheime diensten dat het groepje citroenbomen om veiligheidsredenen verdwijnt. Salma weigert echter de schadevergoeding die door de minister wordt voorgesteld en besluit met de hulp van haar advocaat de zaak voor het Israëlische Hooggerechtshof te brengen.
De film start met beelden hoe de handen van Salma vol ingehouden passie de citroenen van de bomen snijdt. Maar de citroenliefde komt niet van twee kanten. Op overtuigende en geloofwaardige wijze strijdt Salma voor haar citroenbomen.
Er ontwikkelt zich een boeiend contrast tussen de ministersvrouw, zij toont enig medeleven, en Salma. Beide vrouwen zijn ongelukkig, de ene in een armoedig en de ander in een prachtig huis. Ook de minister lijkt de beslissing van de geheime dienst wat streng te vinden. Verder in de film bloeit er een verterende liefde op tussen Salma en de advocaat. Die speelt zijn rol zo overtuigend charmant, dat je kunt je voorstellen dat zij voor hem valt.
Het is zeer geslaagd hoe Riklis een film heeft geproduceerd zonder onnodige scènes en met als belangrijkste onderwerp citroenbomen. Dat we het probleem rond deze bomen moeten plaatsen tegen een achtergrond van de strijd tussen de Palestijnen en Israëli’s, maakt het tot een uitstekende metafoor van de uitzichtloze strijd in het Midden-Oosten.